Op het moment is er veel te doen rond de Formule 1 wedstrijd die op 5 september op het circuit van Zandvoort wordt georganiseerd. Eerst waren er de milieubewegingen die bezwaar maakten en nu is het de evenementen branche die niet begrijpt waarom dat Formule 1 weekend wel mag doorgaan en festivals en andere culturelen evenementen niet. Daar hebben ze wel een punt, maar daar gaat dit artikel niet over. Dat gaat namelijk over de geschiedenis van Zandvoort met Formule 1 wedstrijden.
In de zomer van 1948 organiseerde Zandvoort de eerste Formule 1-race op Nederlandse bodem. Vanuit heel Nederland komen journalisten en zo’n 60.000 bezoekers af op het racespektakel aan de Hollandse kust. Ze delen de tribunes met hooggeplaatste gasten, zoals prins Bernhard en de koning van Thailand.
Oorspronkelijke idee komt uit Scheveningen
Scheveningen experimenteerde begin vorige eeuw als eerste in Nederland met onofficiële autowedstrijden, dat was toen nog op een tijdelijk parcours. Dit trok de aandacht van Henri van Alphen, de burgemeester van Zandvoort. Hij is in 1925 aangetreden en vindt de Scheveningse races vooral interessant vanwege de vele toeristen die daarvoor naar de badplaats zullen komen.
Van Alphen neemt contact op met de Vereniging voor Vreemdelingenverkeer (VVV) en met de Koninklijke Nederlandse Automobiel Club (KNAC) en vindt dat het tijd is voor een echte nationale autorace, maar dan wel op een goedgekeurd circuit. Van Alphen is bereid om een deel van de straten in Zandvoort te bedekken met het meest stroeve asfalt dat de beste grip geeft. Maar hij heeft wel hulp nodig met het organiseren van een dergelijk evenement.
Net voor de oorlog wordt de eerste race gereden
Uiteindelijk krijgt de burgemeester het voor elkaar: op zaterdag 3 juni 1939 gaan er 54 coureurs van start in Zandvoort. In zeven verschillende klassen racen de uitsluitend Nederlandse deelnemers tegen elkaar op een stratencircuit dat met strobalen is afgezet. De wedstrijd trekt bijna 30.000 toeschouwers naar de badplaats. En hoewel er ook kritiek is op de veiligheid en de lengte van het parcours smaakt de straatrace naar meer.
Zo wordt er al gedroomd over de aanleg van een permanent racecircuit aan zee, dat zich kan meten met de beste circuits ter wereld. Maar dan breekt de Tweede Wereldoorlog uit. Dit heeft ingrijpende gevolgen voor Zandvoort, omdat de plaats vanwege de ligging aan zee van groot strategisch belang is voor de Duitsers. De bezetters willen een 2600 kilometer lange verdedigingsmuur aanleggen, die van Noorwegen tot aan het zuiden van Frankrijk loopt en ook Zandvoort moet onderdeel van deze Atlantikwall worden.
De bouw van de Atlantikwall
Ter voorbereiding van deze Atlantikwall slopen de Duitsers honderden hotels, huizen, restaurants en andere gebouwen die binnen 200 meter van het strand staan. Bijna nergens mag iets nieuws worden gebouwd. Maar Van Alphen geeft zijn droom niet zomaar op. Het circuit in de duinen moet en zal er komen. Hij is al bijna zestig jaar oud en veel tijd om de kroon op zijn werk als burgemeester te verwezenlijken, heeft hij niet meer.
Het idee wordt aan de Duitsers verkocht
In 1941 presenteert Van Alphen daarom ook met veel tromgeroffel een plan voor de aanleg van een geasfalteerde route ten noorden van Zandvoort. Hij verkoopt het aan de Duitsers als een breed opgezette weg die ze straks kunnen gebruiken als Paradestrasse, om na de oorlog hun overwinning te vieren en dat zien de Duitsers wel zitten. De burgemeester mag zelfs het overal rondslingerende puin van de platgegooide gebouwen aan de kustlijn gebruiken om de fundering voor de weg mee aan te leggen. En alle mannen uit Zandvoort die eigenlijk als dwangarbeiders naar Duitsland gestuurd zouden worden, mogen blijven om de Paradestrasse helpen aan te leggen. Zo worden er eigenlijk twee vliegen in één klap geslagen.
Halverwege de oorlog wordt Van Alphen echter vervangen door een NSB’er en pas na de bevrijding kan het circuit van Zandvoort worden afgemaakt. In de zomer van 1948 is het eindelijk zo ver: de vele toeschouwers kunnen afreizen naar een vier kilometer lang parcours in de duinen van Zandvoort.
Na twee kwalificatieraces blijven er veertien coureurs over voor de laatste en beslissende race. Daarvan strijden er eigenlijk maar twee echt met elkaar om de overwinning: de Britse majoor Anthony Rolt in zijn Alfa Romeo en de Thaise prins Bira die in een Maserati mee doet.
In de laatste ronde blijkt de Maserati van prins Bira aan kop te liggen, met in zijn kielzog de vechtende Rolt. In de eindspurt rijdt Rolt nog enkele meters van zijn achterstand af, maar de ovrwinning kan Bira niet meer ontgaan. Als een wervelwind suist de blauw-gele Maserati over de finish. Wat Bira de eerste winnaar van een auto race op het nieuwe circuit van Zandvoort maakt. Zou Max dit volgende maand kunnen na doen?